“Dat je van wind iets nuttigs kunt maken is toch geweldig?”
Stel, je hebt die twee prachtige windturbines naast de A4 in bezit. Waarom zou je die verkopen? En dan ook nog aan een groep bewoners van de regio? We vroegen het Arjun van Merkerk, de huidige eigenaar van De Watergeuzen.
Rond 2000 gaat er iets kriebelen bij Arjun van Merkerk (58). Hij is inkoopmanager bij een energiebedrijf in het oosten van het land, maar wil ‘iets met wind doen’. “Ik zag een voor een allemaal lokale partijen opstaan die windturbines wilden ontwikkelen, maar niet precies wisten hoe ze de businesscase moesten opzetten. Ik dacht: het rammelt aan alle kanten, dat kan ik zelf beter.”
Van Merkerk heeft op dat moment een gezin met jonge kinderen, dus een eigen bedrijf beginnen is een spannend besluit. Samen met twee compagnons wordt in 2004 Prodeon opgericht, want er liggen allerlei kansen: de grote bedrijven schonen net op dat moment hun portefeuilles op en doen met name de kleinere projecten van de hand, die vaak al in de vergunningsfase zitten. Binnen de kortste keren heeft Prodeon zijn eerste twee molens: langs de A4, bij Zoeterwoude. Alles is binnen een half jaar geregeld en de bouw kan beginnen. Twee jaar later, in 2006, start Prodeon ook in Alphen aan den Rijn. De rest is geschiedenis.
2 windmolens, dat is best een klein windparkje…
Ja, we hadden er bij Zoeterwoude wel meer gewild, bijvoorbeeld aan de andere kant van de A4 richting Den Haag en dan één slag groter. Maar voordat je de daarvoor benodigde vergunningen hebt, ben je zo 5 à 10 jaar verder. En dan moeten ze nog gebouwd worden: contracten sluiten, subsidie aanvragen… Dat duurt te lang. Daarom hebben we bij Prodeon in 2016 besloten de projecten van de hand te doen. Zelf ontwikkelen is niet meer het doel. Lokale coöperaties helpen aan meer duurzame energie geeft meer voldoening en past ook beter bij de huidige maatschappelijke ontwikkelingen.
Dat is wel een verrassende stap
Maar ook een logische! Ik wil zelf geen projecten meer ontwikkelen, maar liever mijn kennis en mijn netwerk inzetten voor lokale coöperatieve projecten. Duurzame energie moet dichter bij de burger gebracht worden. Ontwikkelaars komen bijna altijd van buitenaf en dat roept in de basis al weerstand op. ‘Wel de lasten maar niet de lusten’, hoor je omwonenden vaak zeggen. Een coöperatie kan ervoor zorgen dat je zo drie jaar eerder je doel bereikt omdat je draagvlak hebt van omwonenden en bezwaren in het vergunningstraject worden voorkomen.
Waarom heb je verkocht aan Rijnland Energie?
Ze kwamen met de vraag of we konden samenwerken. We hadden een paar goede gesprekken en het klikte. Het is een team met realiteitszin dat iets kan realiseren. Zo is Ton Rijnsburger bijvoorbeeld betrokken bij diverse windprojecten en zulke specifieke kennis komt goed van pas. Bij de verkoop speelt het belang van de lokale coöperatie en het lokale draagvlak voor mij persoonlijk een belangrijke rol, dus er zat een bepaalde gunfactor in. Het gaat mij om de lange termijn, niet om de hoogste prijs.
Begrijp je de weerstand tegen windturbines?
Deels. Kijk, je moet geen heel grote windturbines vlakbije een woonwijk neerzetten. Maar persoonlijk zou er geen probleem mee hebben om er een in my backyard te hebben. De techniek heeft zich ook enorm ontwikkeld: ze zijn stiller geworden, en draaien rustiger. Maar het klopt dat je veel tegenstand tegenkomt. Ik zie een tweedeling: je hebt notoire tegenstanders en voorstanders. Daar tussenin zit een grote groep die het wel prima vindt. Die moet je ervan zien te overtuigen dat ze iets kunnen bijdragen.
Gaat Rijnland Energie straks verder zonder jouw adviezen?
Ik blijf voorlopig verbonden aan het project. Na de overdracht doet Prodeon nog minimaal twee jaar het beheer, dan kan de coöperatie groeien en meer kennis verwerven. De kennis bij coöperaties is vaak versnipperd. Met mijn kennis, ervaring en netwerk kan ik de lokale coöperatie een flinke stap vooruit helpen.
Hoe ziet de toekomst van wind eruit in Zuid-Holland?
De provincie is eigenlijk best vol. Hoe gaan we dan om met beschikbare ruimte? Energie, woningbouw, industrie, landbouw, natuur, recreatie en mobiliteit hebben allemaal ruimte nodig. Zoeterwoude wil wel meer windmolens, maar de provincie twijfelt nog, vanwege flora en fauna in het Groene Hart. Dat geeft wel aan hoe groot de worsteling is in de regio. In juni moeten provincies en gemeenten in het kader van de Regionale Energie Structuur (RES) politieke besluiten nemen over de locaties waar nieuwe windparken en projecten voor zonnepanelen ontwikkeld mogen worden. Er moet nog veel geregeld worden. Rijnland Energie kan ook op dat vlak veel betekenen, maar het helpt enorm als je een achterban en projecten hebt.
Tot slot: wat is er nou zo leuk aan een windmolen?
Windmolens symboliseren voor mij de overgang naar een andere maatschappij. Ik vind het gewoon een prachtig stuk techniek. Dat je van wind iets nuttigs kunt maken, dat is toch geweldig?”